Een overgewicht ontstaat meestal doordat iemand jarenlang iets meer energie binnenkrijgt dan deze verbruikt. Bij het stijgen van de leeftijd (vanaf 25 jaar) daalt bij vrijwel iedereen langzaam de stofwisseling. Bovendien versterkt glucose een snel hongergevoel en is het verschil tussen gezonde vetten en ongezonde vetten niet duidelijk. Bepaalde stoffen in je lichaam, zoals Endorfine versterken de zin in eten, doordat deze stoffen een gelukkig gevoel geven. Vooral mensen die extern gericht, of emotioneel eten zijn hier erg gevoelig voor en hebben een vergrote kans om overgewicht te ontwikkelen. Mede doordat het calorierijke vet in Nederland te veel wordt gegeten ontstaat er bij ruim 40% van de 40+ers een overgewicht. Dit overgewicht kan moeilijk afnemen doordat de stofwisseling laag is. De stofwisseling kan eigenlijk alleen verhoogt worden door flink te bewegen of door het gebruik van een voedingssupplement, zoals ThermoXplode.
Gehele uitleg
Het ontstaan van overgewicht en factoren die van invloed zijn
Het is redelijk bekend dat overgewicht ontstaat doordat iemand meer energie binnenkrijgt dan hij of zij verbruikt. Toch ontstaat overgewicht niet altijd doordat je dagelijks te grote hoeveelheden eet. Veel vaker is overgewicht het gevolg van jarenlang een kleine toename in het gewicht, met als gevolg dat tussen de 25 en 35 jaar het gewicht langzaam maar zeker richting een overgewicht verschuift. Ongeveer 40% van de mensen boven de 40 jaar heeft al overgewicht.
De manier waarop overgewicht langzaam ontstaat zal kort toegelicht worden. Voordat je verder leest worden eerst de termen energie-inname en energieverbruik beschreven:
de energie-inname wordt bepaald door datgene dat je eet, vermindert met de voeding die niet door je lichaam wordt opgenomen.
Het energieverbruik is de optelsom van de stofwisseling, de beweging, de lichaamstemperatuur en de groei en het herstel van weefsel.
Als je energie-inname en je energieverbruik niet in overeenstemming zijn met elkaar, dan kun je afslanken of aankomen.
De werking van energieleverende stoffen (koolhydraten, vetten) in het lichaam
De manier waarop energieleverende voedingsstoffen in het lichaam hun werk doen wordt nu globaal beschreven. Als je iets eet en de voedingsstoffen verteren dan worden de energiebevattende stoffen (koolhydraten, vetten, eiwitten en alcohol) opgenomen door de bloedbaan. Op deze manier gaan de voedingsstoffen door heel je lichaam om daar waar het nodig is energie te leveren. Je lichaam gaat erg zuinig om met deze energie.
Ten eerste zorgt je lichaam er voor dat niet iedere voedingsstof meteen in de bloedbaan beland. Glucose uit frisdrank bijvoorbeeld, zal erg snel door het lichaam worden opgenomen en levert zeer snel energie. Koolhydraten uit bruinbrood worden door het lichaam eerst in kleinere stukjes gehakt. Pas daarna worden deze koolhydraten door je lichaam opgenomen. Deze koolhydraten leveren dus dezelfde energie, maar verspreidt over een langere tijd. Hoe langer het duurt voordat een stof door het lichaam wordt opgenomen, des te langer heb je geen honger. Ten tweede probeert je lichaam zo veel mogelijk energie te besparen. Je lichaam zet dus voedingsstoffen om in lichaamsvet zo gauw dit mogelijk is. Het lichaam doet dit, omdat het niet weet of het ooit nog eens moeilijkere tijden gaat meemaken. De vetreserves zijn namelijk een enorm goede bron van energie die de overlevingskansen in hongerige periodes vergroten. Dit mechanisme van het menselijk lichaam kwam tot 60 jaar geleden in de Westerse wereld erg goed van pas. Helaas is het tegenwoordig een ongewenst mechanisme.
Op momenten dat je eet gaan allerlei processen in je lichaam werken. Het blijkt vooral dat stoffen die snel worden opgenomen door het lichaam, zoals glucose uit witbrood, pasta en frisdrank, snel leiden tot de omzetting van glucose naar vet. Bovendien ontstaat sneller een nieuw hongergevoel, waardoor er makkelijker te veel gegeten wordt. Dit heeft als gevolg dat de hoeveelheid lichaamsvet toeneemt. Op deze manier ontstaat in de loop van de jaren langzaam maar zeker een ongewenst overgewicht. Toch zijn het niet de koolhydraten die de grootste dikmakers zijn. Koolhydraten leveren namelijk erg weinig energie per gram.
Welke energieleverende stoffen bestaan er?
Voor gewichtsbeheersing is het raadzaam om inname van alcohol, vetten en glucose iets te verminderen en zetmeel en vezels (niet opneembare koolhydraten) frequenter te gebruiken.
Iedere voedingsstof levert een andere hoeveelheid energie.
§ Koolhydraten (suiker, zetmeel, glucose) leveren per gram 17 KJ (=4 calorieën).
§ Eiwitten (proteïnen, aminozuren) leveren per gram 17 KJ (= 4 calorieën).
§ Vetten (olie) leveren per gram 38 KJ (= 9 calorieën).
§ Alcohol levert per gram 29 KJ (= 7 calorieën).
Welke producten zijn calorierijk en wat zijn de vervangers, die net zo goed smaken?
Een voorbeeld van een koolhydraatrijk product is drop. Drop bevat tot 82% koolhydraten. Hiermee is drop een van de meest suikerbevattende snoepjes dat in Nederland op grote schaal gegeten wordt. Pepermunt bevat zelfs voor 99% koolhydraten en is dus geen goede vervanger voor drop. Winegums daarentegen, bevat ‘slechts’ 50% koolhydraten en levert maar de helft van het aantal calorieën in vergelijking met drop of pepermunt.
Eiwitten staan niet bekend als dikmakers en zijn dat ook niet. Eiwit zit natuurlijk in ei en wel voor 11%. Opvallend is dat eiwit ook erg veel in kaas verwerkt is. Parmezaanse kaas bijvoorbeeld, bestaat voor 40% uit eiwit. Ook noten, zaden en vlees bevatten een hoog percentage eiwitten.
Alcohol heeft positieve functies in het lichaam. Door het met mate te drinken verminder je de calorie-inname en voorkom je andere schadelijke effecten van alcohol. Alle dranken in een café worden in gestandaardiseerde glazen verstrekt. Qua hoeveelheid alcohol is er geen verschil tussen een pilsje en een bijvoorbeeld een glas wijn. Er is wel een verschil tussen het aantal calorieën bij verschillende drankjes. Dit wordt veroorzaakt door de hoeveelheid toegevoegde suikers. Rode wijn en bier hebben slechts 3% toegevoegde suikers, terwijl een zoete wijn (witte wijn of Spaanse wijn) al snel 22% toegevoegde suikers heeft. Ook likeur bevat een grote hoeveelheid toegevoegde suikers. Likeur, zoals Apfelkorn, kan soms zelfs 30% toegevoegde suikers bevatten. Als je dus wilt letten op je lijn dan kunt u hier rekening mee te houden.
Vet is de voedingsstof die de meeste energie levert per gram. Mayonaise bevat voor 70% tot 80% vet. Dit houdt in dat een schep mayonaise al snel 500 kJ, of 115 calorieën oplevert. Een zelfde hoeveelheid curry/ketchup zal slechts 67 kJ, nog minder dan 20 calorieën opleveren. Ook fritessaus levert veel minder energie dan mayonaise, omdat fritessaus vaak slechts 25% vet bevat. Hierdoor kan fritessaus ook als vervanger van mayonaise fungeren. In de volgende paragraaf zal iets verteld worden over ‘gezonde vetten’.
Gezonde vetten?
Vooral de overmatige inname van vetten en oliën veroorzaken overgewicht. Dit feit is al jaren bekend, maar is onterecht in diskrediet gebracht doordat de informatievoorziening niet optimaal is geweest en vaak tegenstrijdig lijkt. Hier heeft ook het Voedingscentrum schuld aan, door de onvolledige promotie van 'gezondere' meervoudig onverzadigde vetzuren. De zogenaamde gezonde vetten zijn inderdaad beter voor het cholesterol gehalte, maar zij leveren per gram net zo veel energie als ‘ongezonde’ (verzadigde) vetten. ‘Gezonde’ vetten zijn dus niet beter voor uw lijn. Voorbeelden van producten die al enige tijd gepromoot worden zijn vette vis en noten. Vette vis kan uitstekend dienen als vervanger voor vlees. Noten kunnen uitstekend als vervanger dienen voor chips. Toch is het niet bevorderlijk voor je gezondheid als je deze vette producten, buiten de hoofdmaaltijden om, extra veel gaat nuttigen.
Overgewicht en leeftijd
Ook als je ouder wordt, zul je merken dat je veel sneller in gewicht aankomt dan in vergelijking met een leeftijd van rond de 20 jaar. Dit komt doordat de meeste mensen in hun jonge jaren meer spierweefsel hebben dan in de overige jaren. Meer spierweefsel zorgt voor een hogere stofwisseling, dus een hogere energiebehoefte. Dit is ook de reden dat mannen in het algemeen een hogere energiebehoefte hebben dan vrouwen. Mannen hebben gemiddeld gezien een grotere hoeveelheid spieren. Dus hebben mannen een hogere stofwisseling en dus een hogere energiebehoefte.
Beweging
Natuurlijk is ook de mate van beweging van invloed op het wel of niet ontwikkelen van overgewicht. Het is vanzelfsprekend dat veel lichaamsbeweging de energiebehoefte doet stijgen. Hier kan nog aan toegevoegd worden dat korte bewegingen en bewegingen die veel kracht vereisen koolhydraten gebruiken als voornaamste energiebron. Een krachttrainer presteert het best als zijn lichaam een goede bloedsuikerspiegel heeft met genoeg glucose (druivensuiker) beschikbaar. Langdurige bewegingen die minder intensief zijn (zoals cardiofitness) vereisen hoofdzakelijk vetten als verbranding. Bij trimmen of cardiofitness zal het lichaam de benodigde energie vooral uit de vetreserves halen. Naast de besproken energie-inname en het energieverbruik zijn ook de thermogenese en de basaalstofwisseling van belang
Het belang van een verhoogde stofwisseling en het thermogeen effect
Het grootste deel van de energie die je per dag verbruikt bestaat uit de onderhouding van uw lichaam (temperatuur, zintuigen, orgaanfuncties, ademhaling et cetera). Deze hoeveelheid energie die je per dag nodig hebt, zonder dat je ook maar een activiteit onderneemt, wordt de basaalstofwisseling genoemd. De basaalstofwisseling bedraagt circa 60% van de totale energiebehoefte. je activiteiten, waaronder bewegingen en sporten nemen doorgaans niet meer dan 40% van je ingenomen hoeveelheid energie (eten) in beslag. Om je gewicht te behouden, of in ieder geval niet te laten stijgen, ligt het voor de hand om de basaalstofwisseling op peil te houden. Helaas daalt de basaalstofwisseling met het stijgen van de leeftijd. Dit begint al vanaf het 25e levensjaar. Je zult dus de stofwisseling moeten verhogen om niet dikker te worden of om af te slanken. Hier zijn verschillende methodes voor.
Ten eerste is het natuurlijk mogelijk om driemaal per week flink te sporten en op deze manier spieren te kweken (meer spieren = hogere stofwisseling). Maar dit is niet voor iedereen uitvoerbeer, vanwege drukte of wel of geen zin hebben. Waarschijnlijk is dit voor jou als lezer van deze website geen groot probleem! Ook wij raden je aan te sporten om zodoende je stofwisseling te verhogen, maar daarnaast geven wij je ook een praktisch makkelijker uitvoerbare tip.
Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat een van de belangrijkste manier om de ruststofwisseling te verhogen is om gebruik te maken van het thermogeen effect. Het thermogeen effect houdt de warmtestijging van het lichaam in die optreed nadat u iets eet (als je drie keer 1 boterham eet volgt er driemaal een thermogeen effect in vergelijking met 1 maal drie boterhammen eten). Je energiebehoefte vergroten kan al door vele kleine maaltijden te nuttigen verspreidt over de dag. Op deze manier kan de thermogenese de totale energiebehoefte op een dag vergroten met 10% tot 15%. Het gevaar van deze methode is dat je snel kans loopt om meer te eten dan je normaal zou doen. Om dit te voorkomen kun je gebruik maken van natuurlijke stoffen die een bewezen werking hebben op het gebied van het verhogen van de stofwisseling.
Het product dat de stofwisseling sterk verhoogt is ThermoXplode. ThermoXplode heeft als een van de vele werkingen dat zij mede de stofwisseling verhoogt en een thermogeen effect creëert. Met ThermoXplode is het mogelijk om op eenvoudige wijze de energiebehoefte te laten stijgen waardoor je makkelijker in staat bent om gewicht te verliezen of de spieren te accentueren.
Extern gericht en emotioneel gericht eten
Uit jarenlange onderzoeken naar het eetgedrag van mensen blijkt dat een gedeelte van de mensen zeer extern gericht is met eten. Deze mensen zijn erg gevoelig voor factoren als verleidelijke geuren, smaakvolle presentatie, gemakkelijke beschikbaarheid en gezelligheid aan tafel. Blootstelling aan deze factoren leidt vervolgens tot (mee)eten en na jaren ontstaat er langzaam een overgewicht. Naast extern gericht eten, bestaat er ook emotioneel gericht eten. Dit houdt in dat sommige mensen hun eetwijze in grote mate laten afhangen van emotionele factoren, zoals liefde, geluk, verdriet en pijn. Het is bekend dat emotionele eters meer voedsel tot zich nemen als ze zich rot voelen. Ben jij in meer of mindere mate extern of emotioneel gericht bij voedsel dan heb je een verhoogde kans om overgewicht te ontwikkelen. Daarbij zul je na het afslanken ook meer moeite hebben om op gewicht te blijven. In de volgende paragraaf kun je lezen waardoor emotioneel en extern gericht eten veroorzaakt wordt.
Endorfine, het gelukshormoon
Het hormoon in je lichaam dat in grote mate verantwoordelijk is voor het gevoel van geluk is Endorfine. Als je een prestatie behaalt, of als je in het bijzijn van je partner bent dan zorgen bepaalde reacties in het lichaam voor het vrijkomen van Endorfine. Je lichaam laat deze stof vrijkomen, omdat je op deze manier gemotiveerd bent om de actie te herhalen. Er kan dus gezegd worden dat de behoefte naar Endorfine min of meer verslavend werkt. Hoe vaker de actie herhaald wordt, des te hoger is de afgifte van Endorfine. Ook sporten en eten leidt tot het afgeven van Endorfine in het lichaam. Mensen die hoog scoren op emotioneel eten, hebben een zwakker beloningssysteem van het brein. Deze mensen hebben dus meer voedsel nodig om op dezelfde manier beloont te worden als doorsnee mensen. Het brein van emotionele eters daarentegen, heeft relatief weinig ontvangstplaatsen - receptoren - voor Endorfine. Dit heeft tot gevolg dat emotionele eters een eetbui zouden kunnen krijgen om het tekort aan Endorfine te compenseren in tijden dat ze zich niet lekker voelen. Wie naar het brein kijkt, zou dus kunnen zeggen dat emotionele eters voedsel gebruiken als compensatie voor hun geringe aanleg om zich prettig te voelen.
Je hebt nu in grote lijnen kunnen lezen hoe het komt dat velen dik worden en welke factoren daarop van invloed zijn. Doe hier je voordeel mij en probeer je vetpercentage laag te houden, voor je uiterlijk en je gezondheid.